top of page
Foto van schrijverRiet Lenaerts

Welke signaalfuncties heeft het covid-19-virus voor ons?

Vandaag wil ik jullie wat vertellen, op mijn manier.

Het Covid-19-virus, is een ‘bloot-legger’ van de zwakke punten in onze maatschappij en in onze huidige vorm van leven.

Zo heeft het, onder andere, ons pijnlijke gemis aan ‘persoonlijke ruimte’ wakker gemaakt.

Kijk maar even naar wat er vandaag gebeurt, wanneer de grenzen worden opengesteld na een langere periode van lockdown. Hoeveel files er dan worden getrotseerd om dat verloren gegane ‘ruimte-gevoel’ opnieuw op te zoeken of hoeveel treinen er genomen worden om onze thuisplek, voor een tijd, te ontvluchten.


Welke zwakte heeft het virus daardoor blootgelegd?

Het heeft ons duidelijk gemaakt dat onze ‘persoonlijke ruimte’ vandaag de dag, eigenlijk klein geworden is. Ik hoor mijn klanten vaak zeggen dat Covid-19 ons naar binnen heeft doen keren, maar net zo vaak vertellen ze me dat ze precies de weg om ‘naarbinnen’ te gaan, niet meer kunnen vinden. ‘Geen ruimte voor…!’, klinkt het dan, of ‘dat is toch altijd al zo geweest!’.

Neen, absoluut niet. Integendeel, het promoten van ‘thuiswerken’ heeft er zelfs voor gezorgd dat we nog meer op zoek zijn gegaan naar wat er overblijft van onze

‘persoonlijke’ ruimte of naar het ontbreken van 'het gevoel' van persoonlijke ruimte.


We zijn ons leven, met de tijd, op een vreemde manier bginnen te leven.

We spreken af met vrienden, kennissen en zelfs zakelijke contacten in een restaurant. Dat restaurant wordt dan… ‘mijn’ restaurant, een soort verlenging van mijn eetkamer. Sporten doen we tegenwoordig niet meer in onze tuin of living, maar in ‘mijn’ sportzaal samen met anderen. Ik ga op woensdag naar ‘mijn’ zwembad, samen met vriendinnen. Ik ga met de kinderen naar ‘mijn’ park, of naar ‘hun’ speelpleintje en op zaterdag doe ik inkopen in ‘mijn’ warenhuis’. ’s Avonds ga ik met mijn vrienden naar ‘mijn’ geprefereerde bioscoop of we gaan naar ‘ons’ stamcafé… enz.


Met andere woorden, we beschouwen al deze ruimtes waaraan we gewoon zijn en waar we regelmatig naartoe gaan om anderen te frequenteren, als ruimtes die van ons zijn. We hebben ze geïntegreerd in ons reële leven van iedere dag. Ze zijn, bij wijze van spreken, gekoppeld geworden aan ons eigen appartement of huis. Ze zijn een soort ‘annexen’ geworden van onze persoonlijke ruimte die we daardoor, ogenschijnlijk, zeer groot en makkelijk bereikbaar hebben gemaakt.


Maar als plots, door beslissingen van de overheid, die annex-ruimtes één voor één uit ons dagelijks plaatje worden gehaald, voelt het aan alsof men ‘onze’ ruimte heeft afgenomen. Het wordt dan ook pijnlijk duidelijk dat we haast niets meer -‘thuis’- doen.

We zijn verslaafd geworden aan onze annex-ruimtes. Heb je al gemerkt hoe bij de bouw van een huis de meeste mensen tegenwoordig uitsparen op keukens?

En nu hebben we bij de eerste lockdown, willens nillens, opnieuw moeten her-ont-dekken hoe we moesten koken, hoe we dingen konden maken. Mijn jongste zoon, die in de stad woont, vond met zijn gezin meteen de oplossing bij ‘UBER-eats’.

Het eten van je favoriete restaurant wordt, op afroep, aan huis gebracht. Maar ondertussen heeft hij gemerkt dat de annex-ruimte van ‘zijn’ restaurants ook altijd hebben gezorgd voor een afwisselend interieur en een ambiance van met meerderen ‘tafelen’. Nu lijkt het alsof de

‘geleverde maaltijden’ vrij snel gaan vervelen? Maar is dat zo? Ligt het aan de kwaliteit van het geleverde materiaal, is er te weinig keuze?

Persoonlijk denk ik van niet.


Tijdens de tweede lockdown ontstond er een ongelofelijke nood aan contact, ontmoetingen met familie, vrienden, kennissen, collega’s…, maar we hebben moeten leren omgaan met, de niet voorziene, begrenzingen van het woord: ‘BUBBEL’.

En toen is er iets vreemds gebeurd. We ontdekten plots dat onze persoonlijke ruimte, niet alleen los van annexen, maar ook van ‘anderen’, heel klein en soms zelfs eenzaam en uitputtend kon aanvoelen. We voelden dat we IETS moesten doen, er moest IETS gebeuren, we moesten ERGENS onze batterijen kunnen aan opladen.



En wat deden we toen? We trokken de natuur in.

We gingen naar het platteland, naar de zee, naar de bergen, naar kleine dorpjes op mensenmaat...

En het werd ons duidelijk dat ‘naar buiten gaan’, niet betekent naar een annex van ons eigen huis of appartement gaan, maar naar een plek gaan die ons, zeg maar, ‘overstijgt’: de natuur.

In de natuur is het dat stukje in ons, dat toebehoort aan het universum, dat wakker wordt en zich met ons verbindt. De bergen zijn hoog en groot en we hebben goed zeggen:

‘Dat is –mijn- berg.’, maar dat doen we niet, toch?

In de plaats daarvan, installeert zich een vorm van ‘nederigheid’ die zich connecteert met een andere vorm van ‘bewust-zijn’in ons.


In het ene geval zitten we opgesloten in een verzamelplaats van annexen, waar altijd een drukke sfeer is, waar we zenuwachtig worden van het aanschuiven, waar vaak

emotie-energieën de plak zwaaien, waar veel schreeuwende kleuren zijn en de reclames ons constant in hun ban houden.


Terwijl, in het andere geval, de kalmte je stilaan tegemoet komt, terwijl je

‘innerlijke harmonie’ wakker wordt. Je gaat naar buiten en je hebt het gevoel te belanden in de verlenging van 'je eigen' diepe natuur. Het kan even duren voor je eraan toe bent om je annexen en hun drukte los te laten, maar ik garandeer je dat je, authentieke rijke persoonlijke ruimte, zich aan je zal ontvouwen.


Ik geloof dat Covid-19, via dit proces, voor vele mensen de weg opnieuw aan het openmaken is om de annexen van drukte, menigten, lawaai, onrust, illusies van ‘leven’, te verlaten. Meer en meer openen ze zich voor een gedeelde intimitiet in de kalmte van de natuur die in staat is de kwaliteit van ons leven volledig te veranderen.

‘De wereld’ is vandaag niet meteen onze bondgenoot, ‘planeet aarde’ daarentegen, nog steeds wèl. Waar willen we ons mee voeden?


 

Zaterdag 3 april 2021

Met dank aan mijn inpirators, Sandra Ingerman, Ria Font Freide en mijn huidig krachtdier: Beluga


Coach-infospirator



89 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page