
‘Ieder van ons komt op aarde als een ‘uniek’ exemplaar met een uniek lichaam om zijn/haar eigen unieke missie te vinden om ze dan dienstbaar te maken binnen het groter geheel.’
De aanname klinkt best ‘ok’, niet?
Maar we leven momenteel wel in een maatschappij en een wereld, die bij gebrek aan diepere waarden, haar normen vooral heeft toegespitst op het ‘uiterlijk’ van de mens. In het overtuigingsstelsel van de mens is, bij gebrek aan inzicht in wat ‘ware vreugde’ is, efficiëntie, perfectie en vooral ook schoonheid als een soort ideaalbeeld, (hoor): ‘gouden koe’, ontstaan. Er wordt verondersteld dat het beantwoorden eraan zo goed als een absolute ‘noodzaak’ is, om zich goed te voelen, om goed te kunnen functioneren, of om mooi te zijn. Er is een stevige afscheiding tussen geest en lichaam ontstaan. Alle aandacht gaat naar het willen tonen aan de buitenwereld dat alles ok is, dat we het ‘druk,druk,druk’ hebben en dat we er vooral alles aan doen om ons lichaam conform de media-normen te houden.
Dat ideaal-beeld heeft de mens zodanig in zijn greep gekregen, dat heel zijn denkwereld er is op afgestemd en dat het heel moeilijk is, om zelfs maar ‘te veronderstellen’ dat het ook wel anders zou kunnen zijn, met alle nefaste gevolgen van dien.
Het obsessief ‘verplicht’ mooi moeten zijn, is op zijn beurt verworden tot een verdienmodel voor de wetenschap en de economie. Is het jou, lezer al opgevallen dat zoveel vrouwelijke filmsterren en omroepsters vandaag met botox voorhoofd, botox lippen, botox kin… verschijnen op het scherm. Diezelfde economie, wetenschap, film en media die ‘schoonheid’ hebben gekoppeld aan ‘blijvend’ succes, zorgen er vandaag voor dat dertienjarige meisjes, misschien wel jullie dochters, zich willen meten aan de modemodellen die aan anorexia lijden en allerlei, makkelijk te achterhalen technieken uitproberen, tot en met drugs, om vooral geen grammetje bij te komen.
Als je kijkt naar de catwalk met de nieuwe modetrends, dan merk je dat anorexia vandaag, voor vrouwelijke modellen, haast een ‘must’ is als je erbij wil bij horen en succesvol wil zijn. Dat dit ten koste gaat van de gezondheid en de basis legt voor een jarenlange eetstoornis, is dan de prijs die wordt betaald voor roem en… een illusie van succes.
Het is dus ook, naar mijn gevoel, belangrijk om bewust om te gaan met het stimuleren van je jonge dochter of zoon om geen grammetje bij te komen. De jaren praktijk hebben me geleerd welk een lijdensweg jonge vrouwen daarna dienen af te leggen om zichzelf terug te vinden.
De mens is nochtans een wonderlijk functionerend ‘iets’, dat alles in zich heeft om zichzelf optimaal te laten functioneren. Wanneer de mens rust nodig heeft, dan ontstaat een gevoel van moeheid. Als de mens drank nodig heeft, ontstaat een gevoel van dorst en wanneer de mens eten nodig heeft, dan krijgt hij honger. Bovendien is het zo dat het soort voeding waar men het meest toe aangetrokken wordt, ook de voeding is die men het meest nodig heeft. Wanneer de mens voldoende van het nodige voedsel tot zich genomen heeft, ontstaat er een gevoel van verzadiging. Maar het kan ook anders lopen.
Het kan gebeuren dat het normale gevoel van verzadiging niet ontstaat na het eten van een ‘normale’ portie voeding; wat dan getypeerd wordt onder het balorige woord: ‘vraatzucht’. Maar wat is een vraatzuchtige nu eigenlijk? Een vraatzuchtige is gewoon een mens die tracht te voldoen aan zijn ‘broodnodige’ behoeften. Het lichaam vraagt naar bepaalde voedingstoffen die normaal aanwezig zijn in de voeding waar het verlangen naar uit gaat. Wat gebeurt er nu? Het lichaam aanvaardt als het ware deze voedingstoffen niet: zodat het gevoel van verzadiging niet kan en mag ontstaan, want er is niet voldaan aan de behoefte van het lichaam: de nodige voedingstoffen worden niet door het lichaam opgenomen. Logisch als nu de vraag volgt: ‘Hoe kan dat?’
Wel dat kan vrij eenvoudig.
De voedingstoffen worden door het lichaam niet aanvaard en op de normale manier opgenomen, omdat de persoon deze voeding en datgene waarvoor deze voeding en die bepaalde voedingstoffen symbool staan, zelf niet aanvaardt. De communicatie met het lichaam is op dat ogenblik dus erg ambivalent.
Dat kan velerlei oorzaken hebben.
Bijvoorbeeld: iemand die denkt dat het eten van voedsel dat veel vetstoffen bevat ertoe zal leiden dat hij/zij zal verdikken. Wanneer deze persoon een ‘heilige schrik’ heeft om ook maar één kilootje bij te komen, wat zoals eerder vermeld een afwijking zou kunnen zijn van het beantwoorden aan de normen van de cultus van het uiterlijk, zal dat als het ware verhinderen dat de nodige vetstoffen ‘normaal’ door het lichaam worden opgenomen en verbruikt, waardoor het lichaam: ofwel zich van deze stoffen zal ontdoen, eventueel via braken of diarree ofwel, bij meer behoudende naturen zal opslaan in vetlagen.
Ander voorbeeld: Daar waar de klassieke geneeskunde bij de diagnose: ‘suiker-stofwisseling werkt niet naar behoren’, de directe link legt naar pancreas-functie niet optimaal, dus… insuline toedienen wordt de vervanger van de pancreas-functie.
Maar laten we ook hier even nagaan, wat er hier werkelijk gebeurt.
Wat we merken is dat bij de persoon in kwestie de suikers, niet op een natuurlijke manier worden verwerkt; en dat is het gevolg van het feit dat het lichaam van deze persoon de ‘suikers niet aanvaardt’, omdat deze persoon in zijn/haar leven, datgene WAARVOOR de suikers staan (en ook de pancreas), ‘niet aanvaardt’. De pancreas en de suikers, staan symbool voor: het zoete, de liefdevolle aanwezigheid in jezelf, het vertrouwen op het goede in jezelf. Wanneer iemand dus het zoete en het liefdevolle in zichzelf niet aanvaardt, dan belet hij/zij in feite dat de pancreas zijn normale taak vervult; en wanneer men dan met insuline de zaak tracht op te lossen, dan is er in de grond helemaal niets opgelost, dan heeft men enkel het levende zelf bestreden en de persoon veroordeelt tot levenslange insuline of een zeer regelmatig herval.
Met andere woorden, we dienen het lichaam dus te zien als de stoffelijke tegenhanger van het ‘niet stoffelijke’ zijn. Daarvan uitgaande, is het mogelijk om aan de hand van de eventuele haperingen van het functioneren van het stoffelijk lichaam, kan nagaan wat er op het niveau van het niet stoffelijke hapert.
Ik ga hier natuurlijk niet vertellen dat alleen het schoonheidsideaal aan
de basis ligt van een eetstoornis. Het is ook niet bevorderlijk als je als jong meisje opgroeit met een moederfiguur, die haar dochter met een vermannelijkt, prestatiegericht vrouwbeeld, een obsessionele aandacht voor gewicht en uitzicht opvoedt, OF in de tegenpool haar dochter opvoedt vanuit een zwak, hulpeloos vrouwbeeld. In beide gevallen is er een tekort aan ‘moeder-warmte’ en een neiging om eigen, niet gehaalde dromen te projecteren op de dochter. Maar net zo is het ook geen makkie voor een meisje (trouwens ook niet voor een jongen), om zich te ontwikkelen in de schaduw van een allesoverheersende vaderfiguur waarbij zij/hij het gevoel heeft zijn gunst en goedkeuring te moeten ‘verdienen’. En net zo min helpt het als heel de familie op de hoogte is van de verslaving van een eetgestoorde persoon, maar het probleem liever in de taboesfeer houdt dan het aan te pakken en een ondersteunende rol op te nemen.
Met andere woorden, ook opvoeding kan hierin dus een rol spelen.
Alle bovenstaande invloeden die o.a. een eetstoornis kunnen veroorzaken, resulteren in ieder geval in een laag zelfbeeld, wat bij uitstek één van de symptomen is, bij meisjes en jonge vrouwen met een eetstoornis.
Tot hier het eerste deel van: ‘Leef ik in de tang van mijn omgeving?’ Morgen wil ik nog even dieper ingaan op hoe voelt iemand met een eetstoornis zich en hoe kom je uit deze vicieuze cirkel.
Donderdag 30 januari 2025
Met dank aan de meisjes en jonge vrouwen met eetstoornissen, die de moed hebben om hun proces te delen en die de kracht hebben om de cirkel te doorbreken.
Riet Lenaerts
Comments